De plannen van de klimaattafels getuigen niet van realisme en gezond verstand. Dat stellen de twaalf CDA-lijsttrekkers voor de Provinciale Statenverkiezingen. In de week van het klimaatdebat in de Kamer en het eigen partijcongres, stellen zij vier voorwaarden aan het klimaatakkoord.

Lees hier het originele artikel op Telegraaf.nl

„Klimaat is een belangrijk thema in de campagne voor de provinciale verkiezingen. Dat is terecht. Om de doelen van Parijs te halen, zijn de provincies van cruciaal belang. Als CDA-lijsttrekkers van de twaalf provincies onderschrijven wij de doelen en zien wij veel kansen voor onze provincies. Maar om Parijs te halen is meer realisme en gezond verstand nodig in de uitvoering. Daarin schieten de plannen van de klimaattafels tekort. Daarom stellen wij vier voorwaarden aan het definitieve akkoord.

"Om Parijs te halen is meer realisme en gezond verstand nodig in de uitvoering."

Een succesvolle klimaataanpak vraagt allereerst om draagvlak in plaats van doordrukken. Bij de presentatie van het concept-klimaatakkoord is te veel mist ontstaan over de werkelijke klimaatopgave. Het debat is gekaapt door felle voor- en tegenstanders, door drammers en sceptici. Maar door mensen alleen bezorgd of boos te maken komt een oplossing niet dichterbij. De keuzes zijn lastig, zoals we zien in discussies over windmolens. Iedereen weet dat ze nodig zijn, maar niemand wil ze in de achtertuin.

Veel van de zorgen gaan over de rekening van de klimaataanpak. Die zorgen zijn terecht. Voor veel mensen is een nieuwe elektrische auto nog lang geen haalbaar alternatief. Zij zijn al blij met een degelijke tweedehands, die ook de komende jaren nog vaak op benzine rijdt. Ook de plannen om huizen te isoleren en van het gas af te halen vragen om grote investeringen, bovenop de hogere energierekening die mensen dit jaar al betalen. Daarom moeten we zorgen dat de veranderingen voor iedereen haalbaar en betaalbaar zijn.

In de derde plaats pleiten wij voor een realistischer tempo in de uitvoering. De klimaatplannen zijn geformuleerd voor 2030 en 2050. We hebben dus een generatie de tijd om alle doelen te realiseren. Die tijd moeten we nuttig gebruiken, door nu te doen wat kan en nodig is en andere maatregelen uit te smeren over de komende decennia. Dat geeft een realistisch perspectief, maar schept ook ruimte om maximaal te profiteren van de innovatie en de technologische vooruitgang. Ook de markt levert hier een bijdrage. Zo heeft Volkswagen al aangekondigd vanaf 2026 uitsluitend nog elektrische auto’s te produceren. Daar is dus geen peperdure subsidie voor nodig.

"Daarom moeten we zorgen dat de veranderingen voor iedereen haalbaar en betaalbaar zijn."

De vierde voorwaarde is een eerlijk Europees speelveld. Het Nederlandse klimaatbeleid is gericht op een CO2-reductie van 49%. In Europa zoekt het kabinet steun voor een verdere reductie tot 55%. De realiteit is dat veel van de ons omringende landen niet verder komen dan 40 tot 45%. Dat maakt de Nederlandse ambitie riskant. Een Nederlandse ‘kop’ op de Europese doelen betekent dat wij voor veel geld de problemen van andere landen oplossen en de concurrentiepositie voor MKB’ers en grote bedrijven verslechtert. Daarom moet Nederland aansluiten bij de Europese doelen, ook als dit lager is dan de ambities waar het kabinet nu vanuit gaat.

Wij kunnen de klimaatopgave tot een succes maken en onze provincies schoner doorgeven aan de volgende generaties. Dat kan als we stoppen met dromen en drammen en kiezen voor haalbare, betaalbare en realistische plannen. Daarover kan de kiezer zich op 20 maart uitspreken.”

De CDA-lijsttrekkers voor de verkiezingen Provinciale Staten:

Jan Nico Appelman (Flevoland), Jo Annes de Bat (Zeeland), Adri Bom-Lemstra (Zuid-Holland), Gerhard Bos (Gelderland), Derk Boswijk (Utrecht), Patrick Brouns (Groningen), Dennis Heijnen (Noord-Holland), Eddy van Hijum (Overijssel), Henk Jumelet (Drenthe), Ger Koopmans (Limburg), Sander de Rouwe (Friesland), Marianne van der Sloot (Noord-Brabant).

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.