Verkiezingsprogramma

1.         Betrokken en betrouwbaar bestuur

2.         Thuis in het Land van Cuijk

            2.1.     Aanpakken van de woningcrisis
            2.2      Ruimte maken op de woningmarkt
            2.3      Duurzaam bouwen  
            2.4      Aanjagen van woningbouw
            2.5      Vitale wijken en dorpen: investeren in openbare ruimte
            2.6      Gemeenschapshuizen 
            2.7      Veerkracht van verenigingen
            2.8      Nederlandse waarden, lokale tradities en eigen identiteit 
            2.9      Veiligheid waarborgen


3.         Een sterke en eerlijke economie is duurzaam
            3.1      Klimaatdoelen halen
            3.2      Ruimte voor groen, ruimte voor wat
            3.3      Agri- & foodsector
            3.4      Afvalinzameling
            3.5      Mobiliteit                                 
            3.6      Ondernemende gemeente                 
            3.7      Solide, sterke en sociale financiën 

4.         Een betrouwbare en dienstbare overheid is sociaal  
           
4.1      Kernendemocratie: dorpskracht voorop         
            4.2      Welzijnsstelsel in de inclusieve gemeente    
            4.3      Kansengelijkheid voor kinderen 
            4.4      Werk en welbevinden  
            4.5      Welzijn voor senioren 

 

1.   Betrokken en betrouwbaar bestuur

De gemeente Land van Cuijk heeft méér bestuurskracht dan Cuijk, Boxmeer, Grave, Mill & Sint Hubert en Sint Anthonis samen. Hoe meet je ‘bestuurskracht’? Je ziet het in:

  • een sterke ambtelijke organisatie,
  • invloed op regionale beleidsontwikkelingen,
  • dienstverlening enzovoorts.

Dat de bestuurskracht groter wordt dan in de oude gemeenten, blijkt uit de verschillende hoofdstukken van dit programma.

 

De stem van het Land van Cuijk doet ertoe

De gemeente Land van Cuijk is minstens zo sterk als Oss, Maashorst, Nijmegen en Venray. De stem van Land van Cuijk doet ertoe. Ook als je kijkt naar regionale beleidsontwikkelingen én de uitvoering van gezamenlijke taken. De gemeente krijgt meer te zeggen. Denk aan onze grotere rol in de regionale economische agenda, het regionale veiligheidsbeleid, de ODBN, GGD en samenwerkingsverbanden binnen het sociaal domein. Het Land van Cuijk doet ertoe!

 

Schaalverdieping leidt tot laagdrempelige gemeente

Schaalvergroting heeft alleen maar succes als je werk maakt van “schaalverdieping”. Simpel gezegd: de gemeente dichterbij mensen laten staan. Dat doe je door goed bereikbaar te zijn en - in alle opzichten - laagdrempeliger te worden voor de inwoners, hun bedrijven, verenigingen en instellingen. Als CDA gaan we naast de inwoners van het Land van Cuijk staan, niet tegenover de burgers. Ook niet bij ingewikkelde discussies. Dit doen we door in ieder dorp zichtbaar te zijn en aanspreekbaar te blijven. Ook na de herindeling! Denk bijvoorbeeld aan het gebruik van de gemeenschapsaccomodaties als ontmoetingsplek met ambtenaren. De huidige gemeenten verdwijnen, maar de vragen van de inwoners niet. In ieder dorp houden we contact met dorpsraden, ouderenorganisaties, sport- en cultuurverenigingen, jongeren en anderen die zorgen voor sociale cohesie en maatschappelijke betrokkenheid. Zij maken onze dorpen mooi en goed om in (samen) te leven. Zij weten hoe onze dorpen nog beter kunnen worden. Het sterke verenigings- en gemeenschapsleven kenmerkt onze regio én kenmerkt CDA Land van Cuijk.

 

We kiezen voor een ombudsman (v/m) die inwoners verder helpt

Om onze parels te laten stralen kiezen we voor een ombudsman-politiek. Zeker in de eerste jaren van een nieuwe gemeente kunnen er overgangsproblemen zijn. Die zorgen ervoor dat niet iedere inwoner even goed of snel geholpen wordt. Het is daarom noodzakelijk deze inwoners te horen en te helpen. Het werk van de onafhankelijke ombudsman maakt van de ambtelijke organisatie een lerende organisatie.
 

CDA staat voor verbinding

Maatschappelijke ontwikkelingen vragen om transparante politiek. Voor het CDA is verbinding het sleutelwoord. Wij willen samenwerking zoeken met alle partijen, binnen en buiten het gemeentehuis. Het gaat er wat ons betreft niet om wie het beste idee heeft. Alle goede ideeën verdienen het omarmd te worden. Het gaat ons niet om politiek gewin. Wat ons betreft gaan de gemeenteraad en het college vooral het eerste jaar investeren in de onderlinge samenwerking, het opnieuw uitvinden van het samenspel en de verschillende rollen. Wij steken de hand uit naar iedereen. Sámen maken we de nieuwe gemeente Land van Cuijk.
 

Het CDA begint altijd in de kern

Alleen als de raad en het college écht anders en beter gaan werken, verandert de cultuur in de bestuurlijke en ambtelijke organisatie. Het CDA staat in nauwe verbinding met álle kernen in het Land van Cuijk en kiest daarom bewust voor álle dorpen en de vestingstad. De ambtenaren dienen daarom, net zo goed, de inwoners en hun gemeenschappen te kiezen als hun vertrekpunt. Elkaar kennen en waarderen leidt tot meer concreet - en gedragen - resultaat. Vóórdat een voorstel aangeboden wordt aan de raad heeft er een interactief proces plaatsgevonden waarin burgers en het maatschappelijk middenveld daadwerkelijk betrokken zijn geweest. Uit het raadsvoorstel blijkt hoe ’burgerparticipatie’ vorm gekregen heeft in de ambtelijke en bestuurlijke processen. Het is echter net zo belangrijk dat er vanuit de inwoners verantwoordelijkheid wordt getoond en initiatief wordt genomen. Belangrijker dan veel voorlichters zijn medewerkers en bestuurders die erop uittrekken in de mooie gemeente Land van Cuijk.

2.   Thuis in het Land van Cuijk

CDA Land van Cuijk kiest voor een sterke samenleving waarin iedereen kansen krijgt. Iedereen telt mee en werkt mee. Het begint met zorgen voor jezelf, en waar mogelijk ook voor anderen. Wie echt hulp nodig heeft, krijgt die van de gemeente. We moeten voorkomen dat mensen er niet bij horen. De menselijke maat staat centraal en “wij” is belangrijker dan ik. Een sterke samenleving zien we als een gemeente waar:

  • het goed wonen is voor iedereen,
  • de openbare ruimte veilig, aantrekkelijk en uitnodigend is en
  • voorzieningen beschikbaar en toegankelijk zijn.


Voor de levendigheid en saamhorigheid zijn verenigingen en vrijwilligers wezenlijk voor de gemeente. Waardering en ondersteuning voor hen die zich belangeloos inzetten is nodig.
 

2.1   We pakken de woningcrisis in het Land van Cuijk aan

Wat zien we?
Er is een wooncrisis in het Land van Cuijk:

  • er is een tekort aan woningen en
  • er zijn te weinig geschikte bouwlocaties.


Tegelijkertijd wordt onze nieuwe gemeente als krimpregio gezien. Als gevolg hiervan staan de voorzieningen en daarmee ook de leefbaarheid van de kleinere kernen onder druk. Het CDA vindt het belangrijk dit te voorkomen.
 

Wat willen we?

Woningbouw met ambities, in álle kernen

Het CDA wil wonen in het Land van Cuijk aantrekkelijk maken door te bouwen op locaties die veel wooncomfort bieden. Het is belangrijk dat in alle kernen van het Land van Cuijk gebouwd wordt en niet slechts in een aantal.
 

Meer bouwen dan de provincie voorspelt

De provincie voorspelt per gemeente hoeveel woningen nodig zijn. Tussen nu en 2030 zouden, volgens Den Bosch, ruim 3.000 woningen nodig zijn. Het CDA zet in de periode 2022-2026 in op minstens 2.000 nieuwe woningen en tussen 2025 en 2030 op nog eens 2.000 nieuwe woningen. Woningbouw is belangrijk, zowel huur, sociaal en levensloopbestendige woningen.
 

Realistisch en resultaatgericht

De ervaring leert ook dat veel plannen flink vertraging oplopen of zelfs helemaal niet doorgaan. Om de genoemde aantallen mogelijk te maken, gaan we 30% meer plannen in ontwikkeling brengen.
 

In samenspraak met de kernen in de gemeente ambities stellen

Voor de leefbaarheid van met name de kleinere dorpen is het van belang dat gebouwd wordt. In gesprek met de dorpen formuleren we realistische ambities, zodat we voorzieningen - en daardoor de leefbaarheid - op peil houden.

 

Investeren in onderwijs, bedrijfsleven en een goede oost-westverbinding

Het Land van Cuijk wordt als een krimpregio gezien. Dat willen we voorkomen. Er zijn volop groeikansen door investeringen in primair, voortgezet en beroepsonderwijs. We continueren de bestaande, intensieve samenwerking met het MBO-onderwijs in het Land van Cuijk en de regio Noordoost-Brabant en Nijmegen. Behoud van de bestaande locaties is essentieel. Daarnaast spannen we ons samen met het bedrijfsleven in (nieuwe) concepten van bedrijfsscholen te faciliteren en pakken we kansen waar het gaat om mogelijkheden voor HBO-onderwijs. Dit doen dit samen met de regio Brabant-Noordoost. Daarmee geven we een stimulans aan het bedrijfsleven, de leefbaarheid en de verjonging in de 33 kernen. Daarvoor is verbetering van de oost-westverbinding noodzakelijk. Zo ontlast je de dorpskernen in het Land van Cuijk en zorg je tegelijkertijd voor een goede economische verbinding met Eindhoven en Den Bosch. Hierbij wordt ook gekeken naar de rondweg rond Sint Hubert en de aftakking van de A50.

 

Onze speerpunten in het kort

  • Minstens 2.000 nieuwe woningen in de periode 2022-2026 en minimaal1.500 in de periode 2026-2030;
  • Om dat doel te halen worden 30% meer plannen in ontwikkeling gebracht;
  • Per kern (dorp) wordt de vraag naar nieuwe woningen in kaart gebracht,waarbij behoud van voorzieningen en leefbaarheid voorop staat;
  • Van krimp- naar groeiregio door investeringen in:
    • goede onderwijsvoorzieningen,
    • verbetering van de oost-westverbinding,
    • onderzoek naar de rondweg rond Sint Hubert en de aftakking van de A50.

       

2.2   We willen ruimte maken op de woningmarkt

Wat zien we?
De woningmarkt in het Land van Cuijk loopt vast:

  • starters hebben te weinig kansen op de woningmarkt,
  • senioren die binnen 10 jaar dagelijkse zorg nodig hebben, blijven in hun woning (want)
    • er zijn te weinig levensloopbestendige woningen in de kernen en
    • er is een tekort aan sociale en middeldure huurwoningen.
       

De doorstroming in de woningmarkt komt niet voldoende op gang.

Wat willen we?

Begin van de oplossing: flexibele en tijdelijke woonvormen voor starters

Met flexibele en tijdelijke woonsystemen willen we doorpakken. Zo geven we starters de kans zelfstandig woonervaring op te doen. Ook het transformeren van gebouwen biedt mogelijkheden bieden, denk aan startersappartementen bijvoorbeeld. Hierdoor halen we de druk van de ketel, wat de urgente woningnood betreft. Daarnaast komen we tegemoet aan de grote vraag naar woningen voor een redelijke prijs. Naast betaalbare koopwoningen willen we in álle kernen meer sociale en middeldure huurwoningen. Op deze manier bieden we realistische kansen aan doelgroepen die niet of moeilijk een hypotheek kunnen krijgen. Hierbij denken we aan starters, alleenstaanden, mensen met een beperkt inkomen of senioren ouderen met een klein pensioen. Dit is een grote groep inwoners. In een leefbaar Land van Cuijk wordt aan iedereen gedacht. De bouw van huurwoningen moet dan ook niet vanuit efficiëntie, maar vanuit leefbaarheid worden benaderd.
 

Levensloopbestendige woningen houden mensen ‘thuis’

Door woningen levensloopbestendig te bouwen of te maken, blijven mensen langer in hun sociale omgeving ‘thuis’. Dit maakt de buurt hechter en bevordert de leefbaarheid.
 

Woningsplitsing voor duurzaam woninggebruik

Woningsplitsing is duurzaam woninggebruik en kan starters een kans geven in hun geboorte- of woondorp te blijven wonen.

 

Wonen in het buitengebied

Vrijvallende gronden in het buitengebied moeten niet op voorhand uitgesloten worden van woonfuncties. Daarbij kijken we met name naar locaties in bestaande buurten, bebouwingsconcentraties en kernrandgebieden. We kunnen ook in het buitengebied op geschikte plekken passende en duurzame woningen bouwen

 

Onze speerpunten in het kort

  • Snelheid in het beschikbaar krijgen van woningen door:
    • efficiëntie in organisatie en procedures,
    • transitie van bestaande panden
    • mogelijkheden voor afwijking van het planologisch gebruik om tijdelijke flexibele woonsystemen te realiseren
    • versoepeling van de regels voor woningsplitsing;
  • Doorstroming wordt bevorderd door te bouwen voor iedere doelgroep:
    • 1 op de 3 nieuwe woningen is voor starters,
    • 1 op de 3 nieuwe woningen is voor senioren;
    • Mantelzorgwoningen worden toegestaan in bestaande woningen of bijgebouwen, in nieuwe bijgebouwen slechts als dit verplaatsbare (tijdelijke)           units zijn;
  • Woningbouwcorporaties worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid om in álle kernen van de gemeente te bouwen, met inbegrip van ‘midden-huur’ en flexibele, tijdelijke woningen (Tiny houses). Deze worden niet beperkt tot een aantal kernen binnen de gemeente;
  • Op het gebied van financiën zijn we voor:
  • behoud van de starterslening,
  • behoud van de duurzaamheidslening,
  • invoering van de ‘blijverslening’,
  • subsidies voor starters (door bijvoorbeeld korting op de grondprijs),
  • subsidies voor het opzetten van collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO)-projecten (door bijvoorbeeld korting op de grondprijs);
  • Grondprijzen worden bepaald door de locatie.

2.3   Duurzaam bouwen omdat we de wereld willen doorgeven


Wat zien we?

Er is een enorm woningtekort in Nederland. De komende jaren dienen er één miljoen woningen gebouwd te worden. Ook in het land van Cuijk staan we voor een grote opgave. Deze hangt samen met de stikstofproblematiek. Dat maakt het bouwen van huizen moeilijk, maar biedt tegelijkertijd kansen op het gebied van duurzaamheid. Het Klimaatakkoord vraagt namelijk ook inzet van de gemeente Land van Cuijk. Anders halen we CO2-reductie van 49% in 2030 niet. De gemeente Land van Cuijk wil in 2045 klimaatneutraal zijn. Zij wil goed voorbereid zijn op de gevolgen van hitte, droogte en wateroverlast.

De natuur in Nederland komt steeds verder onder druk komt te staan en dat daar middels natuur-inclusief bouwen rekening mee dient te worden gehouden. De belasting voor ons milieu met conventionele bouwmethoden (beton en ijzer) is hoger dan wanneer er met duurzame materialen gewerkt (bijvoorbeeld CLT en houtskeletbouw) wordt. Met name deze innovatieve, duurzame woonvormen komen maar mondjesmaat van de grond.

Nul-op-meter woningen voor nieuwbouw is nu de standaard. We weten echter dat er vóór 1975 vier miljoen woningen zijn gebouwd. Het wordt een hele klus deze goed te isoleren en te verduurzamen.

 

Wat willen we?

Gemeente heeft kartrekkersrol bij verduurzaming

De gemeente dient heeft een rol in het klimaatbeleid van het Land van Cuijk. Dat doet zij door te faciliteren, stimuleren, richting te geven. Ook stelt zij kaders en regels op. Uiteraard worden subsidies ingezet om verduurzaming te vergemakkelijken en te versnellen. Er wordt voldoende ambtelijke capaciteit vrijgemaakt.

 

Natuur-inclusief bouwen

Door natuur-inclusief te bouwen worden er nestgelegenheden voor de mus, zwaluw en vleermuis gerealiseerd. Deze diersoorten hebben het lastig omdat de huidige manier van bouwen nauwelijks ruimte biedt voor nesten. Dit probleem kan makkelijk verholpen worden

 

Vergroening

Het stimuleren van vergroening van tuinen, groene ontmoetingsplekken in de wijken, gezamenlijke tuinen/hofjes met moestuinen om klimaatverandering beter de baas te kunnen.


Eerlijk speelveld voor een duurzamer Land van Cuijk

De norm is reeds ‘bijna energieneutraal te bouwen’ (BENG). Daarnaast dient de nieuwe rekenmethodiek van het manifest “eerlijk speelveld voor duurzamer Nederland” gebruikt te worden. Grote partijen uit de bouwbranche roepen politiek en beleidsmakers op om de huidige rekenmethodieken voor het berekenen van de milieubelasting van bouwmaterialen aan te passen. Dat vragen zij omdat er geen rekening gehouden wordt met de CO2-emissie tijdens de productie van bouwmaterialen. Het manifest heeft als doel om het gebruik van zeer emissie-vriendelijke materialen sterk bevorderen.
 

Onze speerpunten in het kort

  • De gemeente geeft zelf het goede voorbeeld door duurzaam te bouwen en zorgt voor een groen woonomgeving voor de inwoners;
  • De gemeente stimuleert duurzaam bouwen op alle mogelijke manieren.
  • Natuur-inclusieve woningbouw wordt vanzelfsprekend;
  • We stellen heldere voorwaarden aan projectinitiatieven, zodat duurzaamheid(o.a. energieneutraal bouwen en circulair bouwen) in plannen wordt opgenomen;
  • De gemeente kiest voor duurzame verbouwing van vrijkomende VAB-locaties tot woningen of andere woonvormen;
  • De norm is bijna energieneutraal te bouwen (BENG), maar daarnaast willen we bouwen met emissie-vriendelijke bouwmaterialen;
  • Voor oudere woningen stimuleren we de best haalbare en realistische mogelijkheden voor verduurzaming. Als gemeente geven we voorlichting en ondersteunen we door subsidies;
  • Een kwart van de projectlocaties wordt aangewezen voor bouwen met duurzame materialen (waaronder bijvoorbeeld CLT of houtskeletbouw)
  • De gemeente geeft 20% korting op de grondprijs, mits er met duurzame materialen (CLT, houtskelet of modulair) gebouwd wordt.

2.4   De gemeente moet aanjager van woningbouw zijn

Wat zien we?

De gemeente moet zorgen voor voldoende en de juiste woningen voor haar inwoners. De gemeente heeft een regisserende, faciliterende en uitvoerende rol. De vraag is echter groter dan het aanbod. De ontwikkeling van woningbouwplannen duurt lang en komt soms moeilijk van de grond. Soms door een (te) afwachtende houding (onvoldoende noodzaak zien) maar ook door onvoldoende personele capaciteit of onvoldoende kennis en expertise om woningbouwprojecten van de grond te krijgen.

Door de gemeente wordt onvoldoende aangejaagd, onvoldoende snel en goed ingespeeld op deze woningvraag en toekomstige woonbehoefte.

 

Wat willen we?

We willen een gemeente die bouwprojecten met draagvlak aanjaagt

De gemeente is dé organisatie die woningbouw kan faciliteren. Zij kan richting geven aan ondernemende partijen, inwoners en andere overheden om tot woningbouw te komen. Zij heeft voldoende personeel om woningbouwplannen aan te jagen. In al haar vezels is er een positieve, proactieve, open, verbindende en meewerkende grondhouding: de basis van de nieuwe omgevingswet. Regels zijn een hulpmiddel, géén doel op zich. Dit zit als het ware in het dna van de medewerkers en het bestuur. De organisatie kent een programmatische en projectmatige aanpak van de woonopgave. Voorop staat dat deze organisatie de inwoners betrekt bij de plannen. Draagvlak is noodzakelijk. Als dat er niet is, lopen projecten vertraging op. Andersom weet de inwoner de lokale overheid te vinden voor het realiseren van zijn of haar plannen.

 

We willen een inspirerend innovatielab ‘woningbouw’

De gemeente richt een innovatielab ‘woningbouw’. Daar komen inwoners met professionals en gemeentelijke ondersteuning bijeen met initiatieven, wensen, vragen over wonen in meest brede zin. Ook de subsidiemogelijkheden voor het verduurzamen van woningen, het langer zelfstandig thuis blijven wonen, informatie over woningbouwplannen te verkrijgen etc. komen er ter sprake. Er worden inspiratiesessies georganiseerd voor de inwoners over bijv. houtbouw, cpo etc. Dit alles om de inwoners te informeren over de mogelijkheden. Zo worden concrete stappen gezet richting goed én duurzaam wonen.
 

Een doorstroommakelaar zet de woningmarkt in beweging

Om senioren te verleiden kleiner te gaan wonen (in een levensloopbestendige woning), stelt de gemeente, samen met de woningcorporaties, een doorstroommakelaar aan. Deze benadert groepen ouderen,informeert en haalt wensen op. Hiermee komen woningen eerder vrij voor starters en gezinnen. Een ouderenadviseur kan deze taak eventueel vervullen.

 

Onze speerpunten in het kort

  • De gemeente jaagt woningbouw aan, onder andere door:
  • de kans die de Omgevingswet biedt aan te grijpen,
  • voldoende inzet (personeel/capaciteit/middelen),
  • versnelde procedures,
  • een proactieve houding ten aanzien van inbreidingslocaties (herbestemmen leegstaand vastgoed in dorpen zoals winkels, horeca)
  • gebruik te maken van innovatieve (tijdelijke of permanente) woonkansen voor het buitengebied en vab-locaties
  • woonregisseurs die initiatiefnemers daadwerkelijk op weg helpen,
  • een doorstroommakelaar (evt. ouderenadviseur),
  • de oprichting van een innovatielab woningbouw met informatie over woonplannen, subsidies, woonzorgloket, subsidieloket en inspiratie voor nieuwe woonvormen/nieuwe bouwmethoden,
  • een Taskforce Woningbouw Land van Cuijk: actie om versnelling in de woningbouw te krijgen en beter in te spelen op de woonvraag van de inwoners.
     

2.5   We willen investeren in de openbare ruimte voor vitale wijken en dorpen

Wat zien we?


Onze leefomgeving is belangrijk. De openbare ruimte is van ons allemaal. Samen maken we er gebruik van, samen dragen we er verantwoordelijkheid voor. We ontmoeten elkaar daar, we ontvangen er gasten en toeristen. Mede daarom zijn slecht onderhouden bermen, parken en plantsoenen een doorn in het oog.

Er is behoefte aan voldoende recreatiemogelijkheden, niet alleen voor toeristen. Ook de inwoners van de gemeente willen niet alleen “thuis” zijn in het Land van Cuijk, maar er ook “uitgaan”. Denk aan een bezoek aan de Maasheggen of zwemmen in natuurlijke plassen. Hier zijn de juiste voorzieningen nodig.

We zien dat jongeren elkaar niet graag op aangewezen of centraal gelegen locaties ontmoeten. Ze missen geschikte voorzieningen. Daardoor wijken ze uit naar andere locaties. Hier kan men overlast ondervinden.

 

Wat willen we?

We zetten in op kwaliteit van verblijven

De openbare ruimte dient aangenaam te zijn om te verblijven. De “verblijfskwaliteit” gaat omhoog. Dat geldt voor voorzieningen langs de Maas, maar ook voor andere plaatsen van ontmoeting in het Land van Cuijk. Het openbaar groen hoort er, in de héle gemeente, netjes bij te liggen en op peil gehouden worden. Op deze manier kunnen inwoners, hun gasten en onze toeristen het hele jaar gebruik maken van de voorzieningen in een verzorgde omgeving. Bij toekomstige ontwikkelingen, zoals de uitvoering van bouwplannen, wordt goed gekeken naar de locatie, het behoud van groen en de invulling van de openbare ruimte.
 

Jongeren krijgen de ruimte elkaar buiten te ontmoeten

Jongeren hebben behoefte aan een eigen, centrale ontmoetingsplek in hun wijk of dorp. In samenspraak met de doelgroep, de wijk of het dorp wordt hiervan werk gemaakt. Het gaat bijvoorbeeld om velden met sportmogelijkheden of een eigen jeugdhonk. Een beheerder ziet erop toe dat overlast voorkomen wordt. Het uitgangspunt blijft respect voor elkaar, elkaars spullen en onze gezamenlijke omgeving.

 

Onze speerpunten in het kort

  • Bestaande en nieuwe locaties voor hoge verblijfskwaliteit worden in kaart gebracht. Voorzieningen worden verbeterd of aangelegd, zoals ligstrandjes aan de Maas of andere wateren in het Land van Cuijk;
  • Het onderhoudsniveau van het openbaar groen wordt op peil gebracht én gehouden. Bij woningbouw wordt behoud van groen en goede groenvoorzieningen meegenomen in de planontwikkeling;
  • In alle wijken en dorpen wordt, in samenspraak met de jeugd en de omgeving,een goede ontmoetingsplaats voor jongeren gemaakt. Als daarvoor voorzieningen nodig zijn, wordt daarin geïnvesteerd;
  • In overleg met horeca, gemeenschapshuizen en sportaccommodaties wordt een goed netwerk van openbaar toegankelijke toiletten gemaakt.
     

2.6   Gemeenschapshuizen houden de samenleving bij elkaar

 

Wat zien we?

Een wijk- of dorpshuis is belangrijk. In het Land van Cuijk zijn er veel. Niet alle wijken of dorpen hebben een eigen gemeenschapsaccommodatie. Het gebruik (de bezettingsgraad) is wisselend. Hoe meer er te doen is, hoe beter. Nieuwe wetten en veranderende regels maken het er niet gemakkelijker op. Dat gaat ten koste van (nieuwe) initiatieven. Soms is er tekort aan mensen (vrijwilligers), soms aan geld. Het risico bestaat dat hierdoor de toegankelijkheid voor mindervaliden (fysiek) en voor inwoners met een kleine portemonnee onder druk komt te staan. Hoe kunnen de verschillende doelgroepen bereikt en bediend worden?

 

Wat willen we?

Wij steunen kansrijke initiatieven met raad en daad

De gemeente ontwikkelt één visie op gemeenschapsaccommodaties. Dorpshuizen en wijkcentra kunnen namelijk de spil in hun omgeving zijn. Dat is in een grote gemeente noodzakelijk. De talloze vrijwilligers die de lokale gemeenschap dragen, dienen gekoesterd te worden. Saamhorigheid is de sleutel. Daarom vertrouwen we op initiatieven die uit het dorp of de wijk komen. Eigen plannen bieden een hoog verantwoordelijkheidsgevoel. De kans van slagen is dus ontzettend groot. De gemeente denkt mee. Als een financieel steuntje in de rug nodig is, is daar ruimte voor. De plannen en ervaringen worden met andere wijken en dorpen gedeeld, zodat dezelfde successen ook elders geboekt worden. Het Land van Cuijk zijn we immers samen.

 

Gemeenschapsaccommodaties voor iedereen

De accommodaties in wijken en dorpen behoren fysiek goed toegankelijk te zijn, zodat iedereen er altijd welkom is. Zij zijn van de gehele gemeenschap, van jong tot oud. Ook dienen zij financieel laagdrempelig te zijn voor mensen met beperkte middelen.
 

Onze speerpunten in het kort

  • Er komt één visie op gemeenschapsaccommodaties, waarin staat dat:
    • wijk- en dorpshuizen financieel en ambtelijk ondersteund worden,
    • zij fysiek toegankelijk zijn voor mindervaliden,
    • zij voor alle doelgroepen laagdrempelig en bruikbaar zijn,
    • zij vrijgesteld zijn van de onroerendezaakbelasting,
    • privatisering van gebouwen en materialen gestimuleerd wordt;
  • Nieuwe initiatieven worden aangejaagd en ondersteund, waarbij de focus ligt op de mogelijkheden en niet op de beperkingen;
  • Omdat we één Land van Cuijk zijn, wordt gekozen voor kennisdeling tussen en samenwerking met andere dorpen en wijken.

2.7   De veerkracht van verenigingen vasthouden


Wat zien we?

Er zijn ontzettend veel verenigingen actief. Deze worden gedragen door talloze vrijwilligers. Zij raken overbelast, ook omdat het moeilijk is voldoende vrijwilligers te vinden. Dat heeft met maatschappelijke trends te maken, zoals individualisering, maar ook met onbekendheid of angst om overvraagd te worden.

Er is geen eenduidig beleid voor sportverenigingen. De herindeling biedt aanleiding om de visies op sport en cultuur te harmoniseren. Het is wenselijk om niet alleen te kijken naar sportverenigingen, maar ook alternatieven te bieden voor mensen die geen abonnement of contract kunnen of willen afsluiten.


Wat willen we?


Cultuur en sport werken verbindend

Cultuur en sport hebben een verbindend karakter. Bij de vorming van de nieuwe gemeente is het belangrijk dat er een goede sportvisie en cultuurvisie worden opgesteld. Daarbij dient men goed na te denken over de benodigde subsidiëring en privatisering van sportaccommodaties, verenigingen/stichtingen. Subsidies voor het opleiden en trainen van jeugdleden en om de drempel voor deelname zo laag mogelijk te maken voor alle leeftijden zijn nodig. We steunen verenigingen die een belangrijke functie vervullen in de gemeenschap voor de cultuur en sport. Subsidies zijn er alleen voor verenigingen en niet voor commerciële bedrijven.
 

We kiezen voor bundeling van krachten om de verenigingen te behouden

Het verenigingsleven dient behouden te blijven. Het is daarom nodig om meer mensen bij verenigingen te betrekken, als lid of vrijwilliger. Dat kan door krachtenbundeling en uitwisseling van mensen en middelen binnen het verenigingsleven. Omniverenigingen/overkoepelende verenigingen dienen te worden ondersteund / gemotiveerd (zonder verlies van subsidiekansen).


De jeugd is ook de toekomst van vrijwilligersorganisaties

We moedigen verenigingen aan om zich sterk te maken voor jongeren als lid, maar vooral ook als vrijwilliger en bestuurslid. Zo leren zij een vereniging van binnen en
van buiten kennen. Ze raken er sterker mee verbonden.
 

Behoud van sociaal kapitaal

Het is noodzakelijk om het sociaal kapitaal te behouden, te ondersteunen en te verrijken. Buurtschappen en het voortbestaan van kermissen in dorpen hebben een belangrijke rol in de sociale binding.


Samenwerking podia, verenigingen en stichtingen

Als het gaat om programmering, inkoop en bedrijfsvoering, zullen alle podia, verenigingen en stichtingen meer samenwerken. Dat maakt ze sterker. Het resultaat is voor álle doelgroepen een mooi programma.
 

Onze speerpunten in het kort

  • Nieuwe inwoners ontvangen een welkomstpakket, waarin o.a. staat welke verschillende verenigingen de gemeente (per kern) rijk is, met een uitnodiging om daarbij aan te sluiten;
  • Er komen gemeentelijke visies op cultuur en sport;
  • Het verenigingsleven, sport en cultuur krijgen een prominente plek binnen het college. Ook komt er één ambtelijk aanspreekpunt. Zo biedt de gemeente actief ondersteuning bij vragen, wensen, initiatieven en acties;
  • De gemeente subsidieert verenigingen en wijst verenigingen actief op mogelijkheden van andere subsidiepotjes;
  • Harmonisatie van subsidies mag op geen enkele wijze het voortbestaan van verenigingen negatief beïnvloeden. Daar waar nodig wordt met een ruimhartige overgangsregeling gewerkt. Harmonisatie kan overigens ook leiden tot opschaling van een bepaald maatschappelijk aanbod waardoor met dit aanbod binnen de nieuwe gemeente een volledige geografische spreiding wordt bereikt;
  • De gemeente zet in op meer vrijwilligers en de aanmelding van mensen bij een vrijwilligersbank. Jongeren die zich als vrijwilligers inzetten    kunnen worden beloond met bijvoorbeeld een aanbevelingsbrief vanuit de gemeente wat kan helpen in het geval van een sollicitatieproces;
  • De gemeente stimuleert samenwerking tussen verenigingen/organisaties op het gebied van sport en cultuur onderling en met het sociale domein;
  • De gemeente bevordert deelname van jeugd en jongeren aan activiteiten van verenigingen, sportclubs, culturele instellingen en dergelijke;
  • Behoud en versterken van bestaande online platforms die inzicht geven in de verschillende verenigingen en activiteiten die er binnen de gemeente zijn;
  • Als financiën een struikelblok vormen voor inwoners om deel te nemen aan activiteiten, zoekt de gemeente wegen om deelname mogelijk te maken.
     

2.8   Nederlandse waarden, lokale tradities en eigen identiteit

Wat zien we?

Waarden en tradities zijn belangrijk voor de samenleving. Veel mensen ervaren hun eigen leven als goed, maar maken zich zorgen over hoe mensen met elkaar omgaan. Hoffelijkheid op straat, respect voor elkaar, iets over hebben voor de ander in plaats van altijd en overal het eigen belang voorop stellen: dat zijn waarden die in allerlei Nederlandse tradities – lokaal en nationaal – al generaties lang worden doorgegeven. Tradities die ook gevoed zijn door de lange geschiedenis van Nederland in de wereld, maar ook door de komst van andere culturen naar ons land en onze gemeente.

Wat willen we?

Waarden en traditie helpen ons om ons thuis te voelen in een onrustige wereld. Het CDA koestert de waarden die vastigheid geven en de tradities die onze samenleving bijeen houden, ook in het Land van Cuijk. Wij hechten waarde aan de regionale en lokale geschiedenis. Daarom verdienen musea, historische verenigingen, heemstichtingen, schutterijen en gildes, maar ook initiatieven op het gebied van folklore en cultuur de steun van de gemeente. CDA Land van Cuijk vindt activiteiten die zijn gericht op binding en ontmoeting tussen mensen belangrijk.

Onze speerpunten in het kort

  • De gemeente ondersteunt activiteiten die bijdragen aan verbinding en ontmoeting tussen mensen;
  • De gemeente ondersteunt activiteiten die zijn gericht op het overdragen van de Nederlandse en lokale cultuur, waarden en tradities.

 

2.9   Veiligheid verdient waarborgen

Wat zien we?

Veiligheid is wezenlijk. Het gaat over meer dan alleen criminaliteit of overlast. Verkeersproblematiek, bijvoorbeeld, is ook een probleem dat aangepakt dient te worden. Het gaat hierbij om onveilige situaties zoals gevaarlijke oversteekplaatsen, te hoge snelheid van auto’s, onvoldoende verlichte fietspaden en slecht onderhouden wegen (ook in het buitengebied).

Drugs en alcohol zijn een groot probleem. Je komt er, als het ware, sneller aan dan aan een pizza. Bepaalde groepen hangjongeren zorgen voor overlast en een onveilig gevoel. Ook cybercriminaliteit, ondermijning en illegaliteit gaan de gemeente, en zeker het het buitengebied, niet voorbij. Een asielzoekerscentrum (azc) brengt, helaas, ook nadelen met zich mee. Deze dienen hard te worden aangepakt, zodat inwoners geen overlast ondervinden van een azc.

 

Wat willen we?

Als voorkomen niet kan, aanpakken!

Om grip te krijgen op drugs- en alcoholoverlast en gevoelens van onveiligheid kiezen we voor preventie. Voorkomen is beter dan genezen. Dat kan door voorlichting, gesprekken met jongeren en hun ouders of het stimuleren van deelname aan sportactiviteiten. Meer blauw op straat en inzet van boa’s maakt duidelijk dat overlast en onveiligheid aangepakt worden. Het gaat niet om het uitschrijven van bekeuringen. Aanspreken op gezond gedrag en het ondersteunen van het netwerk kunnen ook een goede bijdrage leveren.
 

Verkeersveiligheid door verbeterde openbare verlichting

Veiligheid in het verkeer wordt verbeterd door de te zorgen voor kwalitatief goede wegen en verlichting tussen dorpen en rondom accommodaties. Het is logisch dat inwoners betrokken worden bij het oplossen van onveilige verkeerssituaties.

 

Digitale veiligheid is serieuze zorg

Het is belangrijk verder in te zetten op bewustwording van de gevaren van het gebruik van digitale middelen. In samenspraak met de regionale veiligheidsdiensten wordt een platform opgericht, waar mensen zich kunnen melden, als zij denken te maken te hebben met cybercriminaliteit.
 

Onze speerpunten in het kort

  • Preventie door:
    • voorlichting over ondermijning en cybercriminaliteit, vrijwilligersinzet,
    • stimuleren van buurtpreventie (via apps bijvoorbeeld),
    • meer blauw op straat (in samenspraak met de veiligheidsregio), meer boa’s,
    • een structurele veiligheidsschouw uitvoeren met dorps- en wijkraden,
    • investeren in afname alcoholmisbruik en drugsgebruik,
  • goed onderhoud van wegen en voldoende openbare, duurzame verlichting,
  • het aanstellen van een functionaris die helpt overlast van een azc te voorkomen en, als er overlast is, daar tegen optreedt

3.   Een sterke en eerlijke economie is duurzaam

Wij maken serieus werk van een eerlijke en een duurzame economie. Een economie met ruimte voor lokaal ondernemerschap. Het is meer dan terecht dat de gemeente samen optrekt met lokale ondernemers in de uitdagingen op het gebied van duurzaamheid, werkgelegenheid en scholing. Eerlijk ondernemerschap kenmerkt zich door bewust te zijn van de impact op de omgeving en door continuïteit op de langere termijn voorop te stellen. Maatschappelijk verantwoord ondernemen en sociaal ondernemerschap stimuleren we.
 

De verduurzamingsopgave is voor gemeenten een uitdaging, op zowel fysiek als sociaal vlak. CDA Land van Cuijk gaat die uitdaging met nieuwe energie van harte aan. Wij willen de verduurzamingsopgave betaalbaar en behapbaar voor de inwoners uitvoeren. Met een groene en schone leefomgeving, investeringen in schone energie en vermindering van de CO2-uitstoot dragen we bij aan het halen van de doelen van Parijs. Daarbij staan wij voor een eerlijke balans tussen de lokale lusten en lasten van het klimaatbeleid. We betrekken inwoners vooraf bij grote besluiten en bieden ruimere regelingen voor investeringen in isolatie en energiebesparing aan je eigen huis.

3.1   Met nieuwe energie gáán voor duurzaamheidsdoelen

Wat zien we?

In het klimaatakkoord heeft de Nederlandse politiek een doel gesteld. In 2030 stoten we in Nederland bijna de helft (49%) minder broeikasgassen uit dan we in 1990 deden. In 2050 moet deze uitstoot met 95% afgenomen zijn. Dit is nodig om de opwarming van de aarde niet verder te laten oplopen dan 1,5°C. In de hoofdlijnen van het Klimaatakkoord wordt o.a. ingezet op het realiseren van 35 TWh (Terawattuur) aan duurzame opwek op land. Die moet voornamelijk komen uit wind- en zonne-energie. De plek waar dit moet worden gerealiseerd is uiteindelijk aan de gemeenten die daarvoor samenwerken in de Regionale Energie-Strategie (RES).

 

Met de vaststelling van de RES heeft iedere gemeente de resultaatsverplichting om voor 2030 een minimale besparing van 11% (ten opzichte van het energieverbruik in 2017) te realiseren voor warmte en elektriciteit. Minder besparen betekent: meer opwekken in 2030. In het Klimaatakkoord is afgesproken dat iedere gemeente voor het eind van 2021 een Transitievisie Warmte (TVW) heeft vastgesteld. In dit document beschrijft de gemeente hoe zij, samen met partners, toewerkt naar dit doel. Iedere vijf jaar wordt dit document herzien. De meeste gebouwen zijn geen eigendom van de gemeente. De gemeente zal haar inwoners moeten bewegen tot energiebesparing. Daarnaast is het opwekken van nieuwe energie een gevoelig onderwerp bij inwoners. “Not in my back yard” is een gegeven dat de energietransitie niet versnelt. Het wordt steeds drukker in Nederland, waardoor de ruimtelijke uitdagingen groot zijn. De klimaatambities van de Europese Unie zijn groter dan die van het (huidige) Klimaatakkoord. Dat betekent dat er van Nederland en van de gemeente Land van Cuijk méér gevraagd zal worden.

Wat willen we?

Goed voor de aarde zorgen is: klimaatdoelen halen

Wij willen goed voor onze aarde zorgen. Dat houdt in: werken aan een schonere, gezondere en groenere omgeving. Daardoor kunnen wij een betekenisvolle en zichtbare bijdrage leveren aan een duurzame toekomst. Het voldoen aan het Klimaatakkoord is een enorme opgave voor alle gemeenten in Nederland. De landelijke wetgeving stuurt voldoende. Wij maken ons dan ook hard om aan de opgave uit de RES te voldoen. Wij streven naar een energieneutrale gemeente in 2050. Daarom zetten we vol in op energiebesparing. Alle energie die we besparen, hoeven we namelijk niet op te wekken.
 

Wij willen opwekking van nieuwe energie mogelijk maken

Het gedeelte dat resteert zal duurzaam opgewekt moeten worden. De gemeente faciliteert initiatiefnemers op het gebied van windenergie en zonne-energie. Zij geeft zelf het goede voorbeeld. Maatschappelijk draagvlak en serieuze mogelijkheden tot participatie zijn onontbeerlijk. De gemeente heeft een belangrijke rol om stakeholders actief te betrekken: de inwoners, de woningcorporaties, het waterschap, de ondernemers, de agrarische sector en netbeheerder Enexis. Eigen verantwoordelijkheid is eigen kracht. Bij onvoldoende initiatieven ontwikkelt de gemeente zelf een park voor duurzame energie. De winst hiervan vloeit terug naar de gemeenschap.
 

Onze speerpunten in het kort

  • De gemeente:
    • hanteert fairtrade als principe bij haar inkoopbeleid en wordt (blijft) een Fairtrade Gemeente. Daarmee draagt Land van Cuijk bij aan 10 van de 17 Sustainable Development Goals;
    • is groen en staat grootschalige opwekking van groene energie toe. Zij faciliteert (bij voorkeur lokale-/maatschappelijke) initiatiefnemers op het gebied van wind- en zonne-energie:
    • wijst zoekgebieden aan die geschikt zijn voor hernieuwbare en nieuwe energiebronnen, zet in op biogas en ondersteunt initiatieven op waterstof,
    • breidt de duurzaamheidsleningen voor inwoners en verenigingen uit,
    • kiest voor verduurzaming van scholen, gemeenschapshuizen en verenigingsgebouwen,
    • maakt prestatieafspraken met woningbouwcorporaties over verduurzamen van woningen,
    • organiseert een duurzaamheidsmarkt (minibeurs) met lokale bedrijven in ieder dorp,
    • vervangt de openbare verlichting door led-verlichting,
    • zet een lobby in om de netcapaciteit te verhogen,
    • staat windmolens tot twintig meter toe, probeert deze zoveel mogelijk in bestaande constructies/het landschap in te passen, en onderzoekt de           mogelijkheden voor energie uit waterkracht;
    • geeft soepel vergunningen af voor kleinschalige mestverwerking van het eigen bedrijf zonder co-producten;
    • Nieuwbouwdaken moeten een geschikte draagconstructie hebben voor het opwekken van zonne-energie. Zon op dak heeft de voorkeur boven zon op land;

  • We willen mogelijkheden bekijken of geluidswallen langs de A73/A77 gebruikt kunnen worden voor zonne-energie. Ook andere soortgelijke functioneel geschikte oppervlakken willen we in beeld brengen;
  • Onderzocht wordt of met groene reststromen van de milieustraat / rioolwaterzuiveringsinstallatie warmte opgewekt kan worden om te koppelen aan bedrijventerrein Laarakker.
     

3.2   Ruimte voor groen, ruimte voor water

Wat zien we?

Onze dorpen zijn uniek. De klimaatverandering raakt ze allemaal. Sommige dorpen zijn groener dan andere. Over all is nog te vaak een te eenzijdig straatbeeld aanwezig. De gemeente is verantwoordelijk voor het water dat in de openbare ruimte valt. De particulieren zijn verantwoordelijk voor het water dat op hun terrein valt.
 

Wat willen we?

Groen geeft ruimte en diversiteit

Naast ruimte voor groen moet er ook meer ruimte komen voor water in de bebouwde kom. Groen verbetert namelijk niet alleen het milieu, maar zorgt voor:

  • een rijke biodiversiteit,
  • verminderde luchtvervuiling,
  • waterberging,
  • demping van geluidshinder en
  • verkoeling in warme periodes.

Daarbij draagt groen bij aan een betere gezondheid, hoger welzijn en sociale cohesie.


Onze speerpunten in het kort

  • Voor elk kind dat geboren wordt in de gemeente, wordt een boom geplant;
  • Bij het vervangen van bomen, wordt gekozen voor toekomstbestendige bomen die een bijdrage leveren aan de leefomgeving van insecten;
  • Meer groen en biodiversiteit in nieuwbouwwijken. Bij de herinrichting van straten, zijn het “groen” en “blauw” daar onderdeel van. Afkoppelen van hemelwater blijft belangrijk. Waar afkoppelen niet mogelijk is worden alternatieven (zoals regentonnen) gestimuleerd;
  • Inwoners die geen hemelwater op het rioolstelsel lozen, maar dat infiltreren in hun tuin gaan een lagere rioolheffing betalen. De rioolheffing krijgt twee tarieven: één voor huishoudelijk water en één voor hemelwater. Hiermee belonen we inwoners die afkoppelen;
  • Scholen worden geholpen en financieel gestimuleerd in het aanleggen van groen/blauwe schoolpleinen;
  • Bedrijventerreinen worden vergroend;
  • De stimuleringsregeling Landschap (Stila) wordt gepromoot in het            buitengebied;
  • De biodiversiteit van ons landschap wordt vergroot met gericht onderhoud van de wegbermen (milieuvriendelijk inrichten en onderhouden).

3.3   Trots op onze agri- & foodsector

Wat zien we?

De afstand tussen de primaire (landbouw-)sector en de burger (consument) is gegroeid. In onze gemeente is een relatief hoge concentratie veehouderij gevestigd. Dit leidt tot zorgen over dierenwelzijn, geur, volksgezondheid, voeding en milieu. Er zijn echter ook mogelijkheden.

De landbouw zit in een enorme transitie. Je ziet bedrijven die zich kleinschalig richten op speciale markten en grotere bedrijven. Ook stoppen agrariërs met hun bedrijf. Belangrijk is dat we de agri- en foodsector omarmen en ontwikkelperspectief geven.

 

Wat willen we?

Wij willen ruimte en vertrouwen geven aan onze agri- & foodsector

Wij zijn trots op de onstuitbare drang naar innovatie en ontwikkeling van de agri- & food-sector. Maar wij zijn ook trots op de wijze waarop de agrarische sector in het Land van Cuijk - met oog voor dierenwelzijn en duurzaamheid - onze monden voedt. Lokaal geproduceerd vlees heeft een meerwaarde omdat men in ons land duidelijke regels en keurmerken heeft voor dierenwelzijn, gezondheid, milieu, voeding, enzovoorts.


Onze speerpunten in het kort

  • De gemeente zorgt voor een vitaal buitengebied, in een samenspel van lokale overheid, provincie, Agrifood Capital en Food NL.Ook wordt actief         samenwerking gezocht met andere regio’s en samenwerkingsverbanden ter versterking van het Land van Cuijk;
  • De gemeente jaagt initiatieven en projecten aan door een programmatische aanpak;
  • De gemeente investeert in duurzame en verrijkte landbouw en stimuleert delokale economie;
  • De gemeente maakt slim gebruik van de transitie en innovatie in de landbouw en gaat daarmee voortvarend en positief aan de slag;
  • Waar mogelijk worden nieuwe ontwikkelingen op het gebied van dierenwelzijn, geur, verdienmodellen, kortere ketens, gestimuleerd en mogelijk gemaakt. De gemeente voert gericht vab-beleid, die sloop of     herbestemming (wonen, recreatie, huisverkoop) realiseert.
     

3.4   Afval het hoofd bieden; de koppositie van de -inzameling behouden

Wat zien we?

Onze afvalinzameling behoort tot de beste in Nederland. Als je kijkt naar de kostprijs en de kwaliteit doen we het goed. Wat betreft de afvalscheiding behoren we bij de koplopers van Nederland. Dat is een compliment waard. Het zwerfafval is een doorn in het oog. In het buitengebied, bij afvalcontainers, maar ook binnen de bebouwde kom, verdient dit extra aandacht.

Onze speerpunten in het kort

  • De gemeente stimuleert zelf-composteren door inwoners;
  • Zwerfafval langs wegen dient verminderd te worden. De landelijke opschoondag krijgt extra aandacht. Verenigingen die helpen inzamelen worden beloond;
  • De milieustraat is gratis voor groenafval voor particulieren. Het wegbrengen van overig afval is tot een bepaalde hoeveelheid kosteloos voor particulieren;
  • De gemeente bevordert het beperken, hergebruiken en de duurzame verwerking van bedrijfsafval;
  • In de zomer wordt het groenafval wekelijks opgehaald;
  • Verenigingen blijven oud papier inzamelen. De gemeente vergoedt en faciliteert dit;
  • Kringloopwinkels worden beter neergezet. Mogelijkheden voor een repair café worden daarbij meegenomen.

 

3.5   Duurzaam mobiel is beter


Wat zien we?

Onze gemeente is met openbaar vervoer niet goed bereikbaar. Recreatieve trekpleisters ondervinden hier hinder van. Snelfietspaden worden steeds meer onderdeel van de mobiliteit in Nederland. Hiervan zien wij nog te weinig binnen het Land van Cuijk.

Over de elektrificatie van de Maaslijn wordt al geruime tijd gesproken, maar er is nog geen resultaat. Het staat wel gepland. Belangrijk is goed toe te zien op de uitvoering. Ook wil het CDA een lightrailverbinding met Brainport Eindhoven.


Onze speerpunten in het kort

  • De gemeente stelt een mobiliteitsplan op: waar lopen routes en waar zijn er “blinde vlekken”? Daarin wordt een goede laad- en infrastructuur voor elektrische fietsen en auto’s opgenomen;
  • De openbaar-vervoerverbinding Cuijk-Boxmeer-Uden-Eindhoven moet verbeterd worden. Hierbij geldt ook dat de bereikbaarheid van onderwijsinstellingen (scholen, ROC’s, HBO’s en universiteiten) geoptimaliseerd wordt voor kinderen, jongeren en studenten;
  • De gemeente maakt zich hard voor een lightrailverbinding met Eindhoven;
  • De snelfietsroutes in het Land van Cuijk worden met elkaar verbonden.Er wordt onderzocht welke routes het meest geschikt zijn;
  • Initiatiefnemers van deelauto’s / deelscooters / deelfietsen e.d. krijgen ondersteuning;
  • De gemeente start een lobby om op ieder (groot) busstation OV-fietsen te realiseren;
  • De gemeente start een lobby voor de inzet van avond- en nachtbussen en de nachttrein. Het gaat daarbij onder andere om de buslijnen 23 van Helmond naar Boxmeer, 99 van Nijmegen naar Grave en 91 van Uden naar Cuijk;
  • Goede verbindingen zowel fysiek als digitaal (glasvezel en een ontsluiting van de gemeente) zijn van groot belang.

3.6   Een duurzame economie groeit in verantwoordelijkheid en vertrouwen

Wat willen we?

Wij staan voor een ondernemende gemeente

De gemeente Land van Cuijk wordt een sterke, omvanrijke gemeente tussen de grote steden Nijmegen, Eindhoven en Venlo. Dit feit biedt kansen voor een interessant vestigingsklimaat. Het is belangrijk dat de lijntjes kort zijn. Dat betekent dat bedrijven niet alleen een goede plek in de gemeente krijgen, maar ook een vast aanspreekpunt in het college en de organisatie. Een sterke economie maak je mogelijk door ondernemers ruimte te bieden. Het CDA staat pal voor een ondernemende gemeente, waar het niet alleen goed wonen, maar óók goed werken is. Dat vraagt om een proactieve houding en een college dat voor bedrijvigheid haar nek uitsteekt. Als snelheid gemaakt moet worden, geeft de gemeente gas.
 

In het Land van Cuijk hebben toeristen én inwoners veel te ontdekken.

Het Land van Cuijk heeft een aantrekkelijk toeristisch profiel. Zo is er veel te zien en te beleven als je onder andere kijkt naar:

  • religie (kloosters, kerken),
  • water (Maas, Kraaijenbergse Plassen, De Kuilen bijvoorbeeld),
  • natuur (Maasheggen, Staatsbossen),
  • geschiedenis (Romeinen, middeleeuwen, oorlogen en staatkundig ontstaan).

Dit heeft niet alleen waarde voor gasten, maar net zo goed voor de inwoners van het Land van Cuijk. Daarom stimuleren we ondernemers om kwalitatieve verblijfsvoorzieningen, (lig)strandjes en toeristische attracties te realiseren, die aansluiten bij de grote variatie aan behoeftes. Daarbij houden we oog voor de inpasbaarheid in de fysieke omgeving en de draagkracht van omwonenden.

Onze speerpunten in het kort

  • Het bedrijfsleven krijgt een prominente plek binnen het college (bij deportefeuillehouder economische zaken). Ook komt er één ambtelijk aanspreekpunt: een accountmanager als stimulator met een proactieve en coördinerende rol. Zo biedt de gemeente actief ondersteuning bij vragen,             wensen, initiatieven en acties;
  • De gemeente zet in op enkele compacte winkelcentra met een warme en publieksvriendelijke uitstraling;
  • Er wordt een een ondernemersfonds- of reclamefonds (biz-model) opgericht dat aan de slag gaat met promotie, leegstand enbehoeften van ondernemers (in de breedste zin van het woord).
  • De kosten voor leges zijn redelijk en reëel (dus nooit hoger dan de kostprijs);
  • De gemeente waarborgt een eerlijk speelveld voor ondernemers. Dat betekent dat er bij illegale activiteiten gehandhaafd wordt;
  • Het Regionaal Bureau Toerisme Land van Cuijk ontwikkelt een 2.0-versie en gaat, samen met de diverse platformen, aan de slag om van het Land van Cuijk een van de meest toeristische plekken van Nederland te maken;
  • De gemeente brengt de parels van het Land van Cuijk meer in beeld en legt verbindingen tussen de Verborgen Raamvallei, Maasheggen, Pieterpad, Staatsbossen, Peelraamstelling, Duits Lijntje, de musea- en dierenparken en met de historische stads- en dorpskernen;
  • De gemeente maakt optimaal gebruik van mogelijke Euregio-subsidies;
  • Ontwikkelen van hoogwaardige verblijfplaatsen voor toeristen wordt in de           breedste zin aangemoedigd en gefaciliteerd;
  • De gemeente Land van Cuijk maakt deel uit van het EFFORTS-netwerk.

3.7   Duurzame financiën zijn solide, sterk en sociaal
 

Wat willen we?

Rentmeesterschap is een uitgangspunt van het CDA. Het betekent ‘duurzaam beleid’. Dat is vooral van belang als het gaat om het huishoudboekje van de gemeente. Solide financieel beleid houdt in dat de gemeente haar ambities aanpast aan de financiële mogelijkheden. De lastendruk voor inwoners en bedrijven moet het evenwicht houden tussen:

  • solidariteit om collectieve voorzieningen te kunnen blijven bekostigen en
  • vrijheid zodat iedereen voldoende (financiële) ruimte behoudt om eigen keuzes te maken.

Dat is een permanente zoektocht. Evenwicht is een belangrijke pijler voor ons.
 

Onze speerpunten in het kort

  • Bij de onroerendezaakbelasting (ozb) streven we naar een gelijke verdeling tussen gebruikers en bewoners:
  • Bij de afvalstoffenheffing blijft uitgangspunt het principe van “de vervuiler betaalt”;
  • De gemeente heft geen hondenbelasting (meer);
  • We onderzoeken de mogelijkheden voor een gescheiden tarief vanaf “afvalwater” en “hemelwater”
  • We heffen geen parkeerbelasting voor de kernwinkelgebieden.

4.   Een betrouwbare en dienstbare overheid is sociaal

CDA Land van Cuijk kiest voor een samenleving waar we met elkaar de verantwoordelijkheid dragen voor het dorp en de gemeente waarin we willen leven. We hebben elkaar nodig. De zorg voor elkaar is het fundament onder onze samenleving. De coronacrisis heeft dat méér dan duidelijk gemaakt. Zolang we

goed voor elkaar zorgen, kunnen we iedere uitdaging aan. We dragen samen de verantwoordelijkheid voor een rechtvaardige samenleving waarin iedereen meedoet en ieder mens telt. Het CDA zet in op samenwerking en gedeelde verantwoordelijkheid. We zijn ervan overtuigd dat dat meer perspectief en vertrouwen biedt dan een ieder-voor-zich-maatschappij.

4.1   De kern is het hart van de democratie: dorpskracht voorop

Wat zien we?

De gemeente Land van Cuijk wordt groot. De angst onder inwoners bestaat dat de afstand tussen burger en gemeente groter wordt. Mensen zijn bang dat (door de nieuwe schaal) kleine dorpen ondergesneeuwd raken. Kernendemocratie werkt echter ‘andersom’, namelijk van onder naar boven: niet vanuit het gemeentehuis naar een wijk of dorp. Raadsleden en collegeleden krijgen een andere rol. Kernen geven de richting aan. Dat betekent dat mogelijkheden voor inspraak op de juiste manier vorm moeten krijgen.

 

Wat willen we?

Democratie begint in de kern: dorps- en wijkkracht

We zetten in op maximale burgerparticipatie. Hoe deze ‘kernendemocratie’, die uitgaat van dorps- en wijkkracht, eruit gaat zien, wordt besproken met de wijk- en dorpsraden en met de inwoners. Er zijn verschillende manieren te bedenken. Het hangt van iedere wijk of dorp af wat het beste werkt. Voorop staat het gebruikmaken van informatie, wensen, behoeftes en toekomstplannen die van onderop komen. Mensen krijgen de ruimte en middelen om met plannen te komen. Dat geldt voor individuele inwoners, maar ook voor het maatschappelijk middenveld dat groepen vertegenwoordigt. Het CDA wil van ‘kernendemocratie’ naar dorpskracht. Daarmee benadrukken we het ‘samen’ in de samenleving en geven we de lokale kernen het vertrouwen en de verantwoordelijkheid die zij verdienen.
 

De gemeente komt thuis

Een wijk of dorp heeft een eigen contactpersoon in het college en eigen gebiedsregisseur (ambtenaar) als vast aanspreekpunt. Zo slaan we een brug tussen de gemeente en haar inwoners. Er is een centrale spil voor de leefbaarheid, veiligheid en sociale samenhang die altijd samenwerkt met bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties.

 

Bibliotheken worden brede informatie-, kennis- en ontmoetingscentra

De bibliotheken van Biblioplus hebben de afgelopen jaren laten zien dat zij een zeer succesvolle veranderingen hebben doorgemaakt van plekken om boeken te lenen naar brede, maatschappelijke voorzieningen. Verschillende functies komen samen in de bibliotheek en het worden kennis- en ontmoetingscentra voor een steeds bredere doelgroep. Desalniettemin blijven we scherp op de kerntaak van de bibliotheek: een laagdrempelige voorziening voor jong en oud waar het vooral om het lezen en lenen van boeken gaat.
 

Onze speerpunten in het kort

  • Elk dorp, iedere wijk heeft:
    • een collegelid als bestuurlijk contactpersoon van dorpen en wijken
    • een gebiedsregisseur,
    • een dorps- of wijkvisie, door de gemeente financieel ondersteund,waarin ook de inspraak en zeggenschap is geregeld (participatieladder),
    • ruimte voor eigen initiatieven,
    • Right to Challenge, zodat een groep (georganiseerde) bewoners taken van de gemeente kan overnemen als zij denken dat het anders, beter, slimmer en/of goedkoper kan.
  • Voor het bibliotheekwerk geldt:
    • behoud bestaande bibliotheekvoorzieningen in de kernen,
    • de bibliotheekvoorzieningen in de voormalige gemeente Grave blijven behouden,
    • streven naar de verplaatsing van de Cuijkse bibliotheek naar de schouwburg (naar voorbeeld van De Weijer in Boxmeer)
    • voortzetting van de aanpak van laaggeletterdheid en ondersteening van het Leesoffensief.
       

4.2   Van zorg- naar welzijnsstelsel in een inclusieve gemeente

Wat zien we?

In het sociaal domein probeert men de nadruk te verleggen van curatie (oplossen als de problemen groot zijn) naar preventie (effectieve interventies voordat problemen groot zijn). Het meeste geld gaat nog steeds naar “de achterkant” en te weinig naar “de voorkant”. Het huidige zorgstelsel is op termijn niet meer betaalbaar. Een aantal problemen op een rij:

  • Er zijn in de toekomst te weinig zorgprofessionals voor de (huidige) vraag;
  • Veel mensen zijn te lang afhankelijk van specialistische hulpverlening;
  • Er zijn te lange wachtlijsten voor jeugdhulp;
  • Budgetten op jeugdhulp worden overschreden;
  • Er is een enorme stijging van het aantal WMO-aanvragen;
  • Het aantal inwoners dat zich eenzaam voelt groeit.

Er zijn, echter, ook al successen te zien van een veranderende aanpak. Voorbeelden is de Methode van Blikveld360. De kernpunten daarvan zijn:

  • Het maakt niet uit waar een inwoner de vraag stelt: de vraag wordt altijd opgepakt door degene die de vraag ontvangt en de inwoner wordt niet doorgestuurd om zijn/haar verhaal ergens opnieuw te moeten doen;
  • Bovenstaande aanpak maakt dat alle samenwerkende organisaties investeren in integraal samenwerken en daarover werkafspraken (blijven) maken;
  • Er wordt gebruikt gemaakt van de vraagmethodiek “Ik wil, ik kan en ik heb nodig” zodat er een goede balans ontstaat tussen eigen kracht en ondersteuning;
  • Er wordt altijd één integraal plan gemaakt samen met de inwoner en nooit door professionals alleen;
  • Inwoners krijgen altijd de regie, naar de mogelijkheden die ze zelf hebben. Maatwerk is hierbij noodzakelijk. We nemen nooit over, maar blijven het samen doen.

Wat willen we?

We kiezen voor Positieve Gezondheid in een inclusieve samenleving

Het leidend principe is “Positieve Gezondheid in een inclusieve samenleving”. Hiermee wordt al succesvol gewerkt. De nadruk ligt op gezondheid en niet op problemen. Daarnaast blijven we werken aan meer inclusie. Het is namelijk belangrijk dat iedereen mee kan doen: op zijn of haar eigen manier. Vanuit gezondsheidsdoelen worden beleid en uitvoering vormgegeven. We gaan daarbij uit van de eigen kracht van mensen: eigen regie (naar vermogen) maakt de kans op succes het grootst. Het huidige systeem moet worden omgekeerd. We gaan meer mensen en middelen (geld) inzetten om te voorkomen, in plaats van te genezen. Met moeilijke woorden: er zal een substitutie van menskracht en middelen moeten plaatsvinden van curatie naar preventie.


Van zorgstelsel naar welzijnsstelsel

We willen grip op de zorgkosten. Door inhoudelijke betere samenwerking tussen instanties en hulpverlening waarbij eigen kracht centraal staat, willen we kostenstijging voorkomen. We gaan van een zorgstelsel naar een welzijnsstelsel. Inhoudelijke samenwerking met de zorgverzekeraars is hierbij noodzakelijk. Dat heeft te maken met de overlap, maar ook het “wrong pocket problem”. Investeringen van de gemeente kunnen namelijk leiden tot kostenbesparingen in het medisch domein.

Onze speerpunten in het kort

  • Als overkoepelend, richtinggevend beleid formuleren we een integrale Gezondsheidsvisie;
  • Meer inzet op jongerenwerk ter voorkoming van specialistische jeugdhulp (budgetverschuiving);
  • Continueren succesvolle interventies jeugdhulp regio Noordoost-Brabant en Land van Cuijk in samenwerking met jeugdhulpaanbieders. In ieder geval:fysiek aanwezig zijn op de scholen; Continueren/uitrol/implementatie methodiek Blikveld360;
  • Vanuit een Woonzorgvisie gaan we specifiek kaders stellen voor de woonbehoefte van inwoners met een ondersteuning. Dat gaat o.a. over  mantelzorgwoningen, begeleid/beschermd wonen, collectief wonen voor ouderen. In deze visie nemen we als ambitie in ieder geval op het realiseren van meerdere pilots ‘voorzorgcirkels’ met als doel structurele inbedding in systemen;
  • Omzetting van in WMO van individuele voorzieningen naar collectieve voorzieningen (gecombineerde WMO-inzet in huurcomplexen en andere vormen van gezamenlijk wonen voor ouderen);
  • Continueren en realiseren van buurt- en huiskamerconcepten waarbij laagdrempelige, niet-geïndiceerde dagbesteding kan plaatsvinden met een combinatie van professionals en vrijwilligers;
  • Inhoudelijke samenwerking met de zorgverzekeraars op regionaal niveau om de omslag in het systeem te maken en gezamenlijk te kunnen investeren in effectieve, preventieve interventies;
  • De ondersteuning van mantelzorgers blijft op het huidige pijl gecontinueerd, vanwege het grote belang van informele zorg.

4.3   Kansen en gelijkheid voor kinderen

Wat zien we?

Kansengelijkheid voor kinderen staat in Nederland onder druk. Dit is onderzocht en vastgesteld. Het is een risico dat het CDA niet wil lopen. Het kan alleen bij de basis worden voorkomen, dus bij de kinderen. Nu zijn er veel gescheiden voorzieningen, terwijl de oplossing ligt in (meer) inclusie. Hieraan moet een impuls worden gegeven.

Wat willen we?

Pedagogische Civil Society

We willen brede basisvoorzieningen voor kinderen in de wijken en dorpen. Concreet: basisscholen, buitenschoolse opvang met:

  • integratie van sport- en cultuuraanbod,
  • huiswerkbegeleiding,
  • meer specialistische ondersteuning in of nabij het regulier onderwijs zodat meer kinderen naar een reguliere (basis-)school kunnen gaan,
  • ook voor de “passende kinderopvang”.

Van hieruit intensieve samenwerking met het Centrum voor Jeugd & Gezin, Stichting Leergeld en andere partners. Dit alles heeft als verzamelnaam de “Pedagogische Civil Society”.
 

Onze speerpunten in het kort

  • Uitwerking Brede Basisvoorzieningen met schoolbesturen, kinderopvang en netwerkpartners van Blikveld360;
  • Uitrol pilot Passende Kinderopvang;
  • Onderzoek mogelijkheden integratie sport- en cultuuraanbod in de BSO;
  • Uitbreiden van specialistische ondersteuning in het regulier onderwijs om deze inclusiever te maken: minder kinderen buiten de gemeente naar school.

4.4   Van armoede en schulden, naar werk en welbevinden

Wat zien we?

Het lukt de gemeenten in het Land van Cuijk om mensen snel en duurzaam naar werk te begeleiden. De armoedebestrijding wérkt. Er is vroeg zicht op schulden(-problematiek). Toch mogen we niet achterover leunen. Denk aan een mogelijke recessie na de coronacrisis, de ongewenste tweedeling in de samenleving én de blijvende risico’s van problematische schulden (landelijk gemiddelde 1 op de 10). Ook hierbij ligt de nadruk op preventie in plaats van curatie.
 

Onze speerpunten in het kort

  • Continueren van het samenwerkingsnetwerk Samen Sterker;
  • Uitvoering van armoedebestrijding kinderen continueren via Stichtig Leergeld en Doejemee en we zoeken naar een intensivering om armoede onder kinderen verder terug te brengen;
  • Implementatie van een systeem voor vroegsignalering van schulden met andere grote schuldeisers;
  • Inzet op verschuiving van bewindvoering naar meer preventieve instrumenten zoals budgetcoaching;
  • Continueren van succesvolle lokale projecten uit de diverse gemeenten die bewezen hebben snelle, duurzame uitstroom naar arbeid te bewerkstelligen;
  • In de re-integratie stellen we de eigen kracht voorop. We redeneren niet vanuit het bestaand aanbod, maar geven zonder oordeel ruimte aan de inwoner om eigenaar te zijn van het eigen re-integratietraject. Voor kwetsbare jongeren, statushouders en inwoners waar direct een passende vacature voor is, continueren we de bestaande aanpak;
  • Samenwerking IBN, stip op de horizon: verdergaande samenwerking binnen de gemeentelijke structuren conform gedachtegoed Blikveld360;
  • Vanuit Werk & Inkomen gaan we alle inwoners die zich melden screenen oplaaggeletterdheid en doorverwijzen naar de Taalhuizen van de bibliotheek.
     

4.5   Welzijn voor senioren!

Wat zien we?

De groep ouderen in Nederland en vooral in onze regio groeit hard. Deze vergrijzing brengt uitdagingen met zich mee, maar biedt ook kansen. We weten dat eenzaamheid een steeds groter wordend probleem is, voor senioren, maar ook voor anderen.
 

Wat willen we?

Samenwerking om doeltreffend seniorenbeleid

Vergrijzing en eenzaamheid vragen om voortdurende aandacht. Uitgangspunten zijn de inclusieve samenleving en positieve gezondheid. Vergrijzing vraagt om een nieuw, integraal en adaptief ouderenbeleid. Dit willen we in samenwerking met alle ouderenorganisaties opstellen. We zoeken daarbij naar meer samenwerking tussen organisaties, integraal beleid en vernieuwing in het aanbod. Wat we doen dient goed aan te sluiten op bij de behoefte van senioren, nu en in de toekomst. Betrokkenheid en mede-eigenaarschap van de ouderenorganisaties zijn cruciaal.
 

Eén - maar nooit alleen - tegen eenzaamheid

Eenzaamheid kan de overheid alleen niet oplossen. De samenleving heeft hierin een rol. Voorop staat de eigen kracht van mensen. Door initiatieven te ondersteunen en het aanbod zo toegankelijk mogelijk te maken, willen we een bijdrage leveren aan het verminderen van eenzaamheid. We maken hierbij gebruik van het landelijke programma “Één tegen eenzaamheid”.

Onze speerpunten in het kort

  • Opstellen plan van aanpak Eenzaamheid met betrokken partijen;
  • Opstellen van een nieuw, integraal Ouderenbeleid waarin een koppeling wordt gelegd met de Woonzorgvisie.

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.