05 november 2013

Algemene beschouwing begroting 2014

Voorzitter,

Voor ons ligt de begroting 2014, die een sluitende meerjarenraming heeft. De eerste etappe hebben we gekoerst. De bezuinigingen die we de afgelopen jaren hebben doorgevoerd zijn voor het overgrote deel uitgevoerd waar we de ambtelijke organisatie zeker voor willen complementeren. Maar zeker ook onze complimenten naar burgers, verenigingen en instellingen die verschillende initiatieven op eigen kracht opgepakt hebben. De bezuiningingsopdracht als het gaat om de personele bezuiniging in dit huis is helemaal uitgevoerd. Met minder mensen doen we nagenoeg hetzelfde werk. En ja, dan gaat er ook wel eens iets fout. Als dat dan maar herkend wordt en opgepakt wordt dan is dat prima! De algemene reserve is gegroeid naar een kleine 9 miljoen euro, we hebben 30 miljoen gereserveerd voor verlieslatende exploitaties in de GREX en we hebben geld gereserveerd om belangrijke zaken voor onze burgers nog in uitvoering te kunnen nemen zoals de nieuwbouw van de school in de Koolhof, de aanleg van de Zuidelijke omlegging en bestemmingsplannen die inmiddels allemaal geactualiseerd zijn. Er zijn moeilijke keuzes gemaakt met als resultaat dat Deurne op koers is. Bemoedigend is het dan ook om vandaag in het Eindhovens Dagblad te lezen dat Deurne 'Beste Overheidsorganisatie van het jaar' is geworden en onze wethouder Ragetlie de prijs van VVD-minister Stef Blok in ontvangst mocht nemen.

Maar we hebben nog een tweede etappe te gaan. Met het huidige kabinet VVD-PvdA wordt Nederland, juist nu de economie zich heel voorzichtig lijkt te gaan herstellen, geconfronteerd met 6 miljard aan bezuinigingen. Daar krijgen we last van omdat er enerzijds belastingverzwaring wordt doorgevoerd en anderzijds taken worden gedecentraliseerd die bij de gemeente terecht gaan komen. Op zich is dat niet erg. Maar dit kabinet wil vervolgens hiervoor minder middelen beschikbaar stellen dan dat zij zelf nodig had. Dat baart ons zorgen. Natuurlijk kunnen we processen efficiënter inrichten en beleid zelf invulling geven zodat het kostenneutraal uitgevoerd gaat worden maar dat kost wel tijd. Daarnaast zullen we het eerste jaar verplichtingen (en terecht) naar burgers ook gewoon na moeten komen in de betreffende transities. De uitwerking van de transities zal dan ook zeer kritisch bekeken moeten worden. Er zal in onze ogen een omschakeling gemaakt moeten worden van middelen beleid naar doelbeleid. Dat is de enige weg om meer verantwoordelijkheid bij onze burgers te leggen. Dat vergt anders denken van onze mensen en dus OOK van de overheid. Samenwerking Peel 6.1 moet ertoe leiden dat we deze taken efficiënt oppakken en daarmee uiteindelijk financieel voor onze burgers voordelen halen. En dat kan zoals bijvoorbeeld wordt aangetoond door het Werkplein en Atlant. Maar het kan ook verkeerd gaan zoals bij BSOB en ODZOB. Met deze lering in ons achterhoofd moeten we extra alert zijn. Niet rijk rekenen met allerlei verwachten inkomsten als die boterzacht zijn EN organisatorisch mensen met de juiste kwaliteiten aan de slag zetten.

Zowel vanuit de raad als de rekeningcommissie is nadrukkelijk gevraagd het risicomanagement sterk te verbeteren en we zien in deze begroting en ook in de grondexploitatie dat daarin flinke stappen zijn gemaakt. Dit is een continue proces en deze informatie is voor ons belangrijk om de juiste keuzes te kunnen maken.

In de Grondexploitatie (GREX) zien we de stappen zoals die in het Fakton rapport zijn opgenomen vertaald. De grondexploitatie is inzichtelijk en we weten waar welke risico’s worden gelopen. De verlieslatende exploitaties zullen niet zomaar tegelijkertijd op ons afkomen. Gepaste bezorgdheid hierover is zeer terecht, maar we zijn nu wel in staat om per exploitatie de juiste keuzes te kunnen maken. Wij ondersteunen de vraag om de weerstandscapaciteit op te voeren van 9 miljoen naar ruim 13 miljoen. Natuurlijk willen we reageren op de aangekondigde motie/amendement van de VVD om opnieuw de grondprijzen bij wijze van proef te verlagen in de Rijtse Vennen. In oorsprong kunnen we de overwegingen ondersteunen, immers we willen dat er gebouwd gaat worden. Maar juist daarom hebben we de vorige raadsvergadering unaniem de Nota grondbeleid vastgesteld.  Daarin hebben we samen afgesproken dat we nadere financiële uitwerkingen krijgen van exploitaties en de te hanteren grondprijs daarin om op basis daarvan de juiste weloverwogen afweging te kunnen maken.

Legesverordening en belastingvoorstellen

Bij de leges en belastingvoorstellen wil de CDA fractie ook zeker even stilstaan. In het verleden is er al het nodige over de leges gesproken en de rol van de ROEB-lijst die hierbij gehanteerd wordt. Dit vinden we al jaren een doorn in ons oog.  In het CDA verkiezingsprogramma voor de komende periode kiezen we duidelijk voor minder overheid en meer voor de kracht van onze samenleving. Daarom stellen wij voor te onderzoeken hoe we de bouwleges af kunnen schaffen. Hiermee zal de eerste rem op ontwikkelingen verdwijnen, dit zal bijdragen aan initiatieven en bouwactiviteiten, dit is goed voor de werkgelegenheid en zal een stimulans voor de economie zijn. Daarnaast zullen we besparingen realiseren op het gebied van FTE’s en besparingen in bezwarenprocedures en administratieve rompslomp. Dit is geen vreemde suggestie want vroeger kenden we ook milieu leges en die zijn landelijk helemaal verdwenen.

Afrondend Voorzitter,

De eerste etappe hebben we gekoerst maar een volgende etappe hebben we te gaan waarin we kritisch moeten kijken naar de transities en de op stapel staande samenwerkingen. We moeten voorbereid zijn dat de 6 miljard bezuiniging van het kabinet ons opnieuw zal treffen. Maar vooral zijn we ook positief. We kruipen langzaam uit een vervelende periode waarin we gelukkig nog steeds belangrijke zaken voor onze burgers hebben kunnen realiseren en nog gaan realiseren.

Leo Cuijpers, Fractievoorzitter CDA Deurne

5 november 2013

Geluidsfragment 1e termijn CDA Deurne

Geluidsfragment 2e termijn CDA Deurne

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.