12 februari 2014

Visie op agrarische sector

Dinsdagavond 11 februari 2014 vond het lijsttrekkersdebat plaats georganiseerd door ZLTO, Boerenbond en de jongere agrariers organisatie.

Aan de hand van stellingen en vragen kregen de bezoekers een indruk hoe de verschillende fracties tegen de agrarische sector aankijken.

 

Hieronder treft u de visie van het CDA Deurne op de agrarische sector:

 

CDA Deurne is trots op onze agrarische ondernemers. In Deurne is 20% direct of indirect qua inkomen afhankelijk van de agrarische sector. Wereldwijd worden onze agrarische bedrijven geprezen vanwege innovatie en verbeteringen. We vinden dat er steeds meer een kloof ontstaat tussen agrarische sector en burgerij en het CDA vindt dat het moet ophouden met telkens de boer als de grote schuldige aan te wijzen. Natuurlijk is de gezondheid van mensen belangrijk (geen enkele discussie daarover) en het mag zeker niet onderschat worden. Voor eventuele gezondsheidsrisico's moeten we zeker waken en ook het welzijn van dieren is zeer belangrijk. Maar het kan niet zo zijn dat de dieren het hier straks beter hebben dan mensen. De juiste balans moet er blijven en we moeten niet doorschieten. De consument moet beseffen dat wanneer je een lekker stukje vlees, een gekookt eitje of een lekker glas melk wilt, maar wel zo goedkoop mogelijk, dat dat enorme consequenties heeft voor de hele keten van boer via verwerkingsbedrijven naar de supermarkten.

 

CDA Deurne wil meewerken aan een samenleving waarin boer en burger gezamenlijk in dialoog zijn om verbeteringen voor eventuele gezondheidsrisico’s en geuroverlast te realiseren. Daarom juichen we het toe dat Deurne in een onderzoek meedraait in Zuid-oost brabant waar diepgaand onderzoek verricht wordt of er een relatie is tussen intensieve veehouderij en gezondheidsrisico’s. Meten is weten. Overleg moet plaatsvinden op basis van feiten en niet op basis van emoties.

 

In onze visie naar de toekomst is het te bekrompen om te denken dat naast de traditionele veehouderijen, toerisme en recreatie de reddende nevenactiviteit is. Er is meer nodig, er zijn nieuwe verdienmodellen nodig.

 

De agrarische sector zal een transitie proces moeten doorlopen waarbij nieuwe verdienmodellen die substantieel bij kunnen dragen gezocht moeten worden. Dit betekent ruimte creëren in de mogelijkheden om bijvoorbeeld op het gebied van energie (een groot vraagstuk voor de toekomst) een verbinding tussen boer en burger te realiseren. Wij denk daarbij ook aan innovatief reststoffen van de veehouderijen zodanig filteren dat waardevolle grondstoffen terug gewonnen kunnen worden die opnieuw gebruikt kunnen worden (energie- en materialenconversie). Er liggen kansen in de mineralen verwerking (mineralenconversie). Dit past binnen ons streven naar een kringloopeconomie: van gebruik naar hergebruik; restproducten als grondstof. Ondernemers die hieraan willen bijdragen moeten de ruimte krijgen. En deze transitie moet dan dus niet gepaard gaan met meer en meer regels. Dat blokkeert het werken aan een duurzame agrarische sector. Alleen als we die weg bewandelen bereiken we samen iets. Tegenover elkaar gaan staan en naar elkaar roepen wat er allemaal niet deugt levert alleen maar verliezers op.

 

In plaats van denken in bestaande systemen en panisch te verdrinken in regelgeving dient er een toekomst visie te worden neergezet waarin uiteengezet is hoe de agrarische sector haar rol vervult in een sterke samenleving.

 

Leo Cuijpers

fractievoorzitter

 

Landelijk/​Provinciaal

De twaalf provinciale afdelingen vormen de schakel tussen de gemeentelijke afdelingen en het landelijke bestuur.